Psychosociale autopsie is een onderzoeksmethode waarbij we nabestaanden interviewen die een dierbare zijn verloren door zelfdoding. Om te leren van hun verhaal. We geloven dat de verhalen van nabestaanden ons kunnen helpen om de preventie van zelfdoding te verbeteren. Met deze kennis kunnen professionals beter hun eigen werk doen en zijn er aanknopingspunten voor beleid. Voor nabestaanden biedt het gesprek met goed getrainde interviewers ondersteuning in de moeilijke tijd na het overlijden.
Ontwikkelen praktijkinstrument
We ontwikkelen een praktijkinstrument om op uniforme wijze onderzoek te doen na suïcide. Het instrument is gebaseerd op belangrijke risicofactoren uit de literatuur en eerdere psychosociale autopsie studies. In 2022 starten we met de landelijke uitrol van de psychosociale autopsie.
Eerdere studies
De eerste psychosociale autopsie studie vond plaats in 2019. De studie leverde kennis op over suïcides onder jongeren en aanbevelingen voor preventie. Bijvoorbeeld vroegtijdige signalering en behandeling van depressie en suïcidaliteit in het onderwijs. In 2021 is 113 Zelfmoordpreventie een tweede psychosociale autopsie studie gestart in samenwerking met NS, ProRail en Nationale Politie. De onderzoekers interviewen nabestaanden die een dierbare door suïcide op het spoor hebben verloren. Elk jaar overlijden gemiddeld 200 Nederlanders door suïcide met deze methode.
Visie van samenwerkingspartners
In 2021 is ook onderzoek gedaan naar de inhoudelijke meerwaarde van de psychosociale autopsie en de rol van partijen in het veld. De onderzoekers interviewden ruim 40 belangrijke partijen zoals GGD, Slachtofferhulp Nederland, Nationale Politie, landelijke Huisartsvereniging, ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum en Vereniging Nederlandse Gemeenten.
Lerend systeem en ondersteuning nabestaanden
Het is belangrijk dat de verkregen kennis terugkomt bij alle partijen die een rol hebben in het voorkomen van suïcides. Zowel binnen als buiten de zorgcontext. Zo ontstaat een lerend systeem, waarbij continu gereflecteerd wordt op trends en achtergronden van suïcides. Deze kennis wordt vertaald in beleid en handvatten voor professionals. Door te leren van de verhalen van nabestaanden en aanvullende bronnen hopen we volgende suïcides te voorkomen. Bovendien krijgen nabestaanden door psychosociale autopsie de kans om hun verhaal te doen. Dat biedt steun bij het diepe verdriet.
Wat willen we bereiken?
113 Zelfmoordpreventie en de samenwerkingspartners willen dat verdiepend onderzoek na suïcide standaard wordt in Nederland. De eerste stap is dat in 2025 elke directe nabestaande de folder krijgt met informatie over emotionele en praktische ondersteuning. Daarnaast vindt in 2025 bij 25% van de suïcides verdiepend onderzoek plaats.
Samenwerkingspartners
Dit project wordt begeleid door een begeleidingscommissie, in dit document staan alle leden en hun functie.
Saskia Mérelle werkt sinds 2017 als senior onderzoeker bij het team onderzoek van 113 Zelfmoordpreventie. Als hoofdonderzoeker heeft ze veel ervaring opgedaan met deze methode. Ook heeft ze jarenlang als epidemioloog bij de GGD gewerkt, ze weet dus veel van preventie en de publieke gezondheidszorg. Bovendien vindt ze het leukst om multidisciplinair te werken. In haar vrije tijd is Saskia het liefst veel aan het bewegen, hardlopen door de duinen of marathons in wereldsteden. Haar motto is dan ook: stop wishing, start doing.
“De verhalen van nabestaanden kunnen ons helpen om de preventie van zelfdoding te verbeteren”
‘Samen Minder Suïcide’ is een netwerk van partijen en organisaties die middenin de samenleving staan en gedreven zijn om samen, domeinoverstijgend suïcidepreventie verder te brengen.
113 Zelfmoordpreventie
Copyright © 2022. Alle rechten voorbehouden