Hoe help jij om suïcide te voorkomen?
“Ik ben lid van de stuurgroep Landelijke Agenda Suïcidepreventie. De leden van de stuurgroep kijken kritisch of het doel van de Landelijke Agenda behaald wordt: het aantal suïcides en suïcidepogingen in Nederland terugdringen. Elk lid doet dat vanuit zijn eigen expertise. Ik ben bijvoorbeeld het publicitaire geweten van de stuurgroep. Gebruiken we de juiste kanalen en hoe bereiken we zoveel mogelijk mensen?”
Wat dacht je toen je voor de stuurgroep werd gevraagd?
“Ik vond dat ik geen nee kon zeggen. Als zwager van Antonie Kamerling heb ik de impact van suïcide van dichtbij meegemaakt. Het effect op de nabestaanden is enorm. Het brengt een schokgolf teweeg die eigenlijk nooit ophoudt. Bijvoorbeeld omdat je er zelf aan terugdenkt of omdat je ziet wat het voor het leven van de kinderen van Antonie en Isa betekent. Ik heb natuurlijk geen medische of psychologische achtergrond, maar denk dat ik met mijn kennis van media en het overbrengen van een boodschap een waardevolle bijdrage kan leveren aan de Landelijke Agenda.”
Hoe is het voor jou om over suïcide te praten?
“Ik heb moeten leren om er open over te zijn. Sinds ik twee jaar geleden lid ben geworden van de stuurgroep realiseer ik me steeds meer dat alles wat je doet om het bespreekbaar te maken, helpt.”
Op 10 september ben je te zien in De Kist: een programma van de EO over leven en dood. Hoe was het om in dit programma over de zelfdoding van Antonie te praten?
”Ik heb heel lang niet over Antonie willen praten omdat ik niet de meest direct betrokkene ben. Je bent bang dat je mensen passeert. In dit programma praat ik voor het eerst over de dag dat het gebeurde. Ik was als eerste thuis bij Isa en de kinderen. Op dat moment nam ik de communicatierol op me. Hoe en wanneer brengen we het nieuws naar buiten? Je parkeert je eigen verdriet en komt daar pas veel later aan toe. Ik heb het altijd weggestopt. Daarom blijft het een emotioneel onderwerp om over te praten.”
Wat raakt je het meest?
“Het eerste wat Isa zei was: hoe moet dat nu met ons? Dat zal ik nooit vergeten. Die ene zin zegt alles. Er zijn drie mensen die achterblijven. Als iemand besluit om uit het leven te stappen, heeft dat levenslange gevolgen voor de nabestaanden.”
Wat zou je willen zeggen tegen mensen die het moeilijk vinden om over suïcide te praten?
“Praten en communiceren over zelfdoding is alles. Iemand die het leven niet meer ziet zitten, heeft een stroom aan kolkende gedachten die hem of haar één kant op lijken te dwingen. Hoe meer impulsen iemand krijgt om die cirkel te doorbreken, hoe beter. Als buurvrouw, collega of huisarts kun je dus echt het verschil maken door deze gedachten bespreekbaar te maken.”
Welke hoopvolle boodschap wil je meegeven aan mensen die zich nu eenzaam en radeloos voelen?
“Je bent niet alleen. Zoek het niet te ver weg. Het antwoord of de helpende hand is vaak dichterbij dan je denkt.”
Over de Wereld Suïcide Preventie Week
Van 9-15 september 2024 is het Wereld Suïcide Preventie Week. In deze week vragen we extra aandacht voor suïcidepreventie. Dat doen we niet zomaar: elke 40 seconden stapt er iemand op de wereld uit het leven. In Nederland overlijden gemiddeld 1.850 mensen per jaar door suïcide. Dat zijn er 5 per dag. Elke suïcide raakt 135 mensen. Op jaarbasis zijn dat bijna 250.000 mensen, net zoveel als het inwoneraantal van de stad Eindhoven. We hebben jouw hulp hard nodig om deze cijfers naar beneden te halen. Help jij mee? Suïcide raakt ons allemaal. Help mee om het aantal suïcides omlaag te krijgen en kijk op www.samenmindersuicide.nl.
‘Samen Minder Suïcide’ is een netwerk van partijen en organisaties die middenin de samenleving staan en gedreven zijn om samen, domeinoverstijgend suïcidepreventie verder te brengen.
113 Zelfmoordpreventie
Copyright © 2023. Alle rechten voorbehouden
Het Trimbos-instituut en Pharos bieden een waardevolle handreiking om gemeenten te ondersteunen bij het ontwikkelen van beleid rond mentale gezondheid voor kinderen en jongeren. De handreiking biedt een helder stappenplan voor het opstellen van een breed gedragen plan, inclusief tips voor beleidsinvulling en inspirerende voorbeelden.
De Studenten Welzijnswijzer helpt studentverenigingen bij het organiseren van preventieve en curatieve maatregelen voor het mentale welzijn van hun leden; een initiatief van Avans Hogeschool en Stichting Lieve Mark.
U kunt bijdragen door meer awareness te creëren over de voor- en nadelen van sociale media.
Kinderen en jongeren ontwikkelen zich het best als het goed met ze gaat. Als ze lekker in hun vel zitten, zichzelf kunnen zijn en gezond en veilig opgroeien in een kansrijke omgeving. Vanuit het onderwijs werken aan welbevinden doe je samen met leerlingen, ouders, professionals in en rond het onderwijs en beleidsmakers. En met een schoolbrede inzet: op alle lagen in en om de school en met verschillende acties en interventies die op elkaar aansluiten.
Meer weten?
Bekijk dan de website van Welbevinden op School, het landelijke kennis- en ondersteuningsprogramma van Pharos en het Trimbos-instituut. Welbevinden op School is er voor professionals in onderwijs, GGD en beleid. De kennis en tools helpen je snel op weg om vanuit een duurzame, gezamenlijke visie te werken aan welbevinden. Welbevinden op School is kennispartner van Gezonde School.
Stichting PraatErover! plaatst gecertificeerde psychische hulpverleners die begaan zijn met jongvolwassenen op studentenverenigingen (gezelligheids- culturele- en sportverenigingen). Op deze manier krijgen studenten toegang tot toegankelijke gratis psychische hulpverlening zonder wachtrij.
Met Rondom Jong van Trimbosinstituut, NCJ en GGD GHOR Nederland versterk je depressiepreventie op scholen en de ketensamenwerking in je regio rond jongeren. Materialen zijn gratis verkrijgbaar.
Dan kunt u hen wijzen naar www.stilgeweest.nl of www.toenwashetstil.nl. Deze websites bieden informatie en verhalen van jongeren en volwassenen die lotgenoten zijn. Ze behandelen rouw na zelfdoding, zodat nabestaanden zich minder alleen voelen. Uiteindelijk heeft dit een (bewezen) preventieve werking op verdere zelfdodingen.
Ook kunt u als school bijdragen door een van onderstaande programma’s te implementeren. Sommige programma’s zijn eenvoudiger te implementeren dan anderen. Zo vraagt STORM meer tijd, maar u kunt wel alvast starten met een aantal onderdelen van het programma.
Als (grote) werkgeversorganisatie kunt u afspraken maken met instanties die laagdrempelige toegang tot psychologen geven. Wanneer een jongvolwassen medewerker mentale problemen ervaart, kan deze laagdrempelige zorg mogelijk voldoende zijn of de wachtlijstperiode tot de reguliere zorg overbruggen. Het kan gaan om specifieke trainingen, zoals examentraining, of individuele begeleiding.
Als zorginstelling kunt u bijdragen door aan te sluiten bij de communicatiemiddelen van de doelgroep. Maak bijvoorbeeld gebruik van:
Als iemand met suïcidale gedachten aanklopt voor hulpverlening is er vaak een wachttijd voor de behandeling kan beginnen. Maar het risico van wachten en niets doen is groot. Als gemeente kunt u helpen de wachttijd te overbruggen door een contract sluiten met de Eigen Kracht Centrale en dit bekend te maken bij zorgprofessionals. De Eigen Kracht Centrale helpt mensen in moeilijke situaties om de eigen regie te pakken door met hun netwerk een plan te maken.
Jongvolwassenen kunnen ook gewezen worden op de WachtVerzachter. Dat is een organisatie die zich inzet voor mensen die in afwachting zijn van psychische hulp. Tot nu toe in Dronten, Utrecht en Lelystad (17+ jaar) en in Kampen en Eindhoven (18- jaar). Zij worden direct gekoppeld aan een ervaringsdeskundige die hun situatie (h)erkent. Jongvolwassenen kunnen meteen aan de slag in een veilige omgeving waarin niets hoeft en alles mag. Daarnaast worden er diverse activiteiten georganiseerd gericht op ontmoeting, ontspanning en verdieping.
Als zorgorganisatie kunt u bijdragen door de ‘leidraad suïcidepreventie jongeren, een netwerkbrede werkwijze’ te implementeren (zowel geldig voor 18- als 18+). U kunt onder andere:
Behandeling richten op zowel de suïcidaliteit als de onderliggende problematiek.
Bij de leidraad zijn handreikingen verschenen over:
Als onderwijsinstelling kunt u bijdragen door te zorgen dat er een suïcidepreventie- en postventieprotocol is. Bekijk de materialen die specifiek zijn ontwikkeld om onderwijsinstellingen hierin te ondersteunen.
U kunt bijdragen door zich bewust te zijn van de risicofactoren en extra alert te zijn bij de jongeren en jongvolwassenen die binnen de risicogroep vallen. Welke onderzoeken zijn relevant?
U kunt bijdragen door zoveel mogelijk mensen in uw organisatie die contact hebben met jongvolwassenen op te leiden als gatekeeper. Bekijk het trainingsaanbod voor gatekeepers van 113 Zelfmoordpreventie.
Afgeleid van deze Gatekeepertraining biedt 113 voor toekomstige zorgprofessionals verschillende e-learning modules (inclusief aanvullend lesprogramma) over suïcidepreventievaardigheden, zowel voor alle MBO en HBO Zorg- en Welzijnsopleidingen als voor WO-psychologen.
U kunt bijdragen door het gesprek aan te blijven gaan met jongvolwassenen die iemand hebben verloren aan zelfdoding. U kunt ze onder andere verwijzen naar de website Stilgeweest, gericht op jonge nabestaanden van zelfdoding
Houd Moed is een online platform voor iedereen die te maken heeft (gehad) met zelfdoding. Het platform publiceert hoopvolle verhalen van mensen die ooit kampte met suïcidaliteit. U kunt bijdragen door Houd Moed te verspreiden onder jongvolwassenen.
U kunt bijdragen door laagdrempelige organisaties bekend te maken bij jongvolwassen en initiatieven in de regio op te zetten of te ondersteunen.
U kunt bijdragen door deze campagnes te verspreiden, bekend te maken of aan te sluiten:
In de gratis online VraagMaar-training leren deelnemers hoe ze het gesprek met een jongere kunnen voeren over gedachten aan zelfdoding en daarmee mogelijk iemand kunnen helpen. U kunt bijdragen door de training te volgen en te verspreiden. Bijvoorbeeld door ouders van jongvolwassenen en anderen die in contact komen met jongvolwassenen te vragen de training te volgen.
Voor onderwijsprofessionals, sociaal werkers, etc. die werken met jongeren tussen ongeveer 11 en 18 jaar en ook aandacht willen besteden aan seksuele en genderdiversiteit, is er de e-learning Weet jij hoe het ècht gaat met de jongeren in jouw dagelijkse werk? Uit onderzoek blijkt dat namelijk LHBTI-jongeren veel vaker kampen met depressie dan hun heteroseksuele en cisgender leeftijdsgenoten.
U kunt bijdragen door meer awareness te creëren over de voor- en nadelen van sociale media.
Inzetten van universele preventie'lessen'
U kunt bijdragen door campagnes gericht op jongvolwassenen te verspreiden, bekend te maken of aan te sluiten. Enkele campagnes zijn: